Gerard Bilders
Appearance
Albertus Gerardus "Gerard" Bilders (9 December 1838 – 8 March 1865), son of painter Johannes Warnardus Bilders, was a Dutch landscape-painter who foreshadowed with his typical 'warm grey' the tonal painting style of the Hague School painters. He was frequently painting in plein air with Anton Mauve, and Willem Maris around the village Oosterbeek.
Quotes
[edit]1850s
[edit]- Friday 11. I have found there [at the museum 'Mauritshuis'] already refuge - in front of Potter's big Bull. That is I started to copy the sheep with the lamb, which will not be a easy task, notwithstanding its great simplicity. The longer I look at that painting, the more beautiful things become visible to me, and when I wasn't convinced for sure that I was sitting in front of my painting easel in The Hague at the Mauritshuis, I would believe that the animals were alive and were - just as in the meadows in Oosterbeek - staring at me with their stupid faces, and asking: - what are you doing there? (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Gerard Bilders' brief, in het Nederlands: Ik heb daar dan ook [in het museum nl:Mauritshuis ] reeds Vrijdag 11. een rustpunt gevonden voor Potters grooten stier. Ik ben namelijk begonnen het schaap met het lammetje te copiëren, wat geene zeer gemakkelijke taak zal zijn, niettegenstaande de groote eenvoudigheid. Hoe langer ik die schilderij bezie, hoe meer schoonheden er voor mij in zichtbaar worden, en wanneer ik niet stellig en zeker wist, dat ik binnen 's Gravenhage op het Mauritshuis voor mijn schilderezel zat, zou ik denken, dat de beesten leefden en mij, even als in de weide te Oosterbeek, met hunne domme gezichten aanstaarden en vroegen: - wat doe je toch?
- letter to his mecenas Johannes Kneppelhout, The Hague 7 Dec. 1856; from an excerpt of this letter, in the RKD-Archive, The Hague
- version in original Dutch / citaat van Gerard Bilders' brief, in het Nederlands: Ik heb daar dan ook [in het museum nl:Mauritshuis ] reeds Vrijdag 11. een rustpunt gevonden voor Potters grooten stier. Ik ben namelijk begonnen het schaap met het lammetje te copiëren, wat geene zeer gemakkelijke taak zal zijn, niettegenstaande de groote eenvoudigheid. Hoe langer ik die schilderij bezie, hoe meer schoonheden er voor mij in zichtbaar worden, en wanneer ik niet stellig en zeker wist, dat ik binnen 's Gravenhage op het Mauritshuis voor mijn schilderezel zat, zou ik denken, dat de beesten leefden en mij, even als in de weide te Oosterbeek, met hunne domme gezichten aanstaarden en vroegen: - wat doe je toch?
- ..so much is certain at least that seeing and studying the great Dutch masters arouse and encourage me to follow nature as a child, and to notice in it all those little ingenuous things and niceties as much as possible and reproduce them faithfully, which are so necessary to constitute a beautiful whole. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Gerard Bilders' brief, in het Nederlands: ..zóóveel is voor het minst zeker, dat het zien en bestuderen der groote Hollandsche meesters mij opwekt en aanspoort tot het kinderlijk volgen der natuur en zooveel mogelijk daarin die kleine naïveteiten en finesses op te merken en getrouw weer te geven, die zoo noodig zijn om een schoon geheel daar te stellen.
- letter to his mecenas Johannes Kneppelhout, The Hague 9 Jan. 1857; from an excerpt of this letter, in the RKD-Archive, The Hague
- Now one thing is annoying and no one can change this. It is that the days are so horribly short because of the dark weather. Sketching and [?] is still possible to do, but to look closely and to reproduce subtle hues and shades would now be completely impossible. Especially in the Museum it is sometimes really dark. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Gerard Bilders' brief, in het Nederlands: ..Nu is er maar één ding, dat hinderlijk is en waar niemand iets aan veranderen kan, het is, dat de dagen zoo schrikkelijk kort zijn door het donkere weder. Voor aanleggen[?] en schetsen gaat het nog, maar fijne toonen en tinten te begluren en weder te geven zou nu eene onmogelijkheid zijn. Vooral op het Museum is het somtijds bijzonder duister.
- letter to his mecenas Johannes Kneppelhout, The Hague 19 Jan. 1857; from an excerpt of this letter, in the RKD-Archive, The Hague
- I agree completely with your remark that in the struggle against nature lies already a part of art, and really pleasant is for me already the feeling of returning as a victor from small skirmishes, although in the great battle one always feels still defeated. As you advised me, I have made sketches of skies, indicating the effect in them, and making a note for the important colors; I also did better in making a small sky; at least people think so. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Gerard Bilders' brief, in het Nederlands: Uwe opmerking, dat in den strijd tegen de natuur reeds een gedeelte der kunst ligt, vind ik volkomen juist, en regt aangenaam is reeds het gevoel, waarmede men als overwinnaar terugkeert uit kleine schermutselingen, hoewel men zich in den grooten slag toch steeds als verslagen gevoelt. Zoo als u mij aanraadt, heb ik schetsen van luchten gemaakt, het effect er in aangeduid en de voornaamste kleuren er bij geschreven; ik ben dan nu ook in een klein luchtje wat beter geslaagd; men vindt het ten minste.
- letter to his maecenas Johannes Kneppelhout, 5 Feb. 1858; from an excerpt of this letter, in the RKD-Archive, The Hague
Vrolijk Versterven (from Bilders' diary & letters)
[edit]- Vrolijk Versterven - Gerard Bilders (Dying Cheerfully); a selection from his diary and letters by Wim Zaal (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek); Meulenhoff Amsterdam, 1974 - ISBN 90 290 0217 4
- The moon appeared for some time [in the Savoy, Switzerland] and the rocks seemed to be much bigger than they were. The mountains were silvery illuminated and appeared gently against the mysterious blue of the sky - that blue color with moonlight, that has such an indefinable, deep tone; actually it is not a blue.
- p. 19 - letter to his maecenas Johannes Kneppelhout, from Savoy, near Geneva, Switzerland, September 1858
- All I can tell is that they [some small landscapes Bilders painted in Savoy, which were exhibited there] are more blatant than in my studio, and secondly that I have been honored with a pretty good review. ..the jury found evidence of a thoroughly study and of happy sunlight in my works. They thought that I had to cherish a lot of love for nature, to be able to show it so sensitive .. ..[I] can not deny that I am very pleased to find that my small paintings have been noticed favorably. And besides that, one will never forget his first review..
- p. 23 - letter to his maecenas Johannes Kneppelhout, from Savoy, near Geneva, Switserland, September 1858;
- Bilder's travel to Switzerland with some other artists was the longest travel he ever made in his short life
- Yesterday I received a letter from my father [ Dutch landscape-painter J. W. Bilders.] He told me to come at once, to paint the goats in a rather large forest landscape-painting he just finished, which has to be sent away at once [to Saint Petersburg, Russia]. I earn back my travelling [from Leiden to Amsterdam, probably by travel coach] but will loose one day studying in open air. When my goats will succeed, and they are not too stubborn, I'll be back here [in Leiden] tomorrow at one o'clock in the afternoon.
- p. 30 - letter to Johannes Kneppelhout, from Leiden, August 1859
- If you ever want to see the 'Nightwatch' [by Rembrandt ] at its best, visit it at two o'clock, half past three afternoon.. ..that time a warm light falls on the painting [then located in the Trippenhuis in Amsterdam]; another world opens, a world of glow, light and inimitable power. I think Rembrandt is not only beautiful, but – were we still in the Age of the old Gods, I would worship him. You can lose yourself in that painting; it is a complete abyss, deep and sky-high.. ..then suddenly I think of my own paintings - poor cow, dairy, and sheep compositions, and I doubt, will I ever become something..
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: Indien u ooit de 'Nachtwacht' op zijn mooist wil zien [toen nog in het Trippenhuis in Amsterdam], doe dat dan tegen twee uur, half drie.. ..een warm licht valt dan op het schilderij, een andere wereld opent zich, een wereld van gloed, licht en onnavolgbare kracht. Ik vind Rembrandt niet alleen schoon, maar, was het nog in de Godentijd, ik zou hem aanbidden.. .Men kan zich in dat schilderij verliezen; het is al afgrond, diep en hemelhoog.. ..dan denk ik ineens aan mijn schilderijen, arme koeien-, melkerijen, en schapen-composities, en twijfel of ik ooit wel iets zal worden..
- pp. 32+33, - letter to Johannes Kneppelhout, from Amsterdam, November 1859
1860s
[edit]- I am searching for a tone, which we call 'colored grey'. I mean that all colors, even the strongest, can be brought together in such a way as to give the impression of a warm, vital grey. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: Ik zoek naar een toon, die wij gekleurd-grijs noemen; dat is alle kleuren, hoé sterk ook, zoodanig tot één geheel gebragt, dat ze de indruk geven van een geurig, warm grijs.
- letter (July 1860) to his maecenas Johannes Kneppelhout, as cited by Victorine Hefting, in Jongkinds's Universe; Henri Scrépel, Paris, 1976, p. 18-19
- To preserve the sense of the 'grey' even in the most powerful green is amazingly difficult and whoever discovers it will be a happy mortal. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: Om het sentiment van het grijze, zelfs in het krachtigste groen, te houden is verbazend moeylijk, en die het uitvindt is een gelukkig sterveling.
- letter (July 1860) to his maecenas Johannes Kneppelhout; as cited in Dutch Art in the Nineteenth Century – 'The Hague School; Introduction', by G. Hermine Marius, transl. A. Teixera de Mattos; publish: The la More Press, London, 1908
- I have seen pictures [on the Salon of Brussel, 1860], of which I had never dreamed and in which I found all that my heart desires, all that I nearly always miss in the Dutch painters. Troyon, Courbet, Diaz, Dupré [all painters of the School of Barbizon, Robert Fleury have made a great impression on me. I am a good Frenchman, therefore; but, as Simon van den Berg says, it is just because I am a good Frenchman that I am a good Dutchman, since the great Frenchmen of today and the great Dutchmen of the past have much in common. Unity, restfulness, earnestness and, above all, an inexplicable intimacy with nature are what struck me most in these pictures. There were certainly also a few good Dutch pieces, but, generally speaking, when you place them next to the great Parisians, they lack that mellowness, that quality which, so to speak, resembles the deep tones of an organ. And yet this luxurious manner came originally from Holland, from our steaming, fat-coloured Holland! They were courageous pictures; there was a heart and a soul in them.
- letter (End of 1860); as cited in Dutch Art in the Nineteenth Century – 'The Hague School; Introduction', by G. Hermine Marius, transl. A. Teixera de Mattos; publish: The la More Press, London, 1908
- It is not my aim and object to paint a cow for the cow's sake or a tree for the tree's, but by means of the whole to create a beautiful and huge impression which nature sometimes creates, also with most simple means. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: Het is mijn doel niet eene koe te schilderen om de koe, noch een boom om den boom; het is om door het geheel een indruk te weeg te brengen, dien de natuur somtijds maakt, een grootschen, schoonen indruk, ook door de eenvoudigste middelen.
- letter c. 1861-1864; as cited in Dutch Art in the Nineteenth Century – 'The Hague School; Introduction', by G. Hermine Marius, transl. A. Teixera de Mattos; publish: The la More Press, London, 1908
Vrolijk Versterven (from Bilders' diary & letters)
[edit]- Vrolijk Versterven - Gerard Bilders (Dying Cheerfully); a selection from his diary and letters by Wim Zaal (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek); Meulenhoff Amsterdam, 1974 - ISBN 90 290 0217 4
- Many paintings are on their way, several half finished, others almost varnished and signed at the bottom. An important point is how a painting succeeds at last; an equally important point is when, how and to whom it is sold. Of these three points, the 'when', at least at this moment, is the most important for me. Then the 'how', in the sense of 'how much' [money]. To 'whom', is a question of wealth or wanton, as someone who had nothing to eat for a long time and then start to think, at whose costs am I going to fill my stomach.. .How mean! Painters are inferior people. Harsh!
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: Veel schilderijen staan op stapel, verscheidene half gereed, de andere bijna vernist, met de naam eronder. Een voornaam punt is hoe een schilderij uitvalt, een even voornaam punt wanneer, hoe en aan wie het verkocht wordt. Van deze drie punten is het 'wanneer', op dit ogenblik tenminste, voor mij weer het voornaamste. Vervolgens het 'hoe', in de zin van 'hoeveel'. Aan 'wie', is weelde of brooddronkenheid, als van iemand die lange tijd niets te eten heeft gehad en er dan nog over gaat denken, bij wie hij het liefst zijn buik gaat vullen.. ..Hoe gemeen! Schilders zijn geringe lui. Hard!
- p. 36 - Bilders' diary, 5 March 1860, (Amsterdam)
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: Veel schilderijen staan op stapel, verscheidene half gereed, de andere bijna vernist, met de naam eronder. Een voornaam punt is hoe een schilderij uitvalt, een even voornaam punt wanneer, hoe en aan wie het verkocht wordt. Van deze drie punten is het 'wanneer', op dit ogenblik tenminste, voor mij weer het voornaamste. Vervolgens het 'hoe', in de zin van 'hoeveel'. Aan 'wie', is weelde of brooddronkenheid, als van iemand die lange tijd niets te eten heeft gehad en er dan nog over gaat denken, bij wie hij het liefst zijn buik gaat vullen.. ..Hoe gemeen! Schilders zijn geringe lui. Hard!
- I always have the most sympathy for that painting of mine, which the other people appreciate the least. It gives me the impression of an outcast and it takes on a romantic-interesting quality. I therefore always put this work first and want to prove to everyone that he is wrong if he does not appreciate this above all my other works. It is certainly rather foolish, and I do not know, it comes from an 'esprit de contradiction' or just from pity. The bad end has something attractive, one has sympathy for it.
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: De meeste sympathie heb ik altijd voor dat schilderij van mij, wat de andere mensen het minst waardeert / bevalt. Dit geeft mij de indruk van een verstoteling en het neemt een romantisch-interessante hoedanigheid aan. Ik zet dit werk dan ook altijd voorop en wil iedereen bewijzen dat ie ongelijk heeft als hij deze niet boven al mijn andere werken waardeert. Dat is zeker nogal dwaas, en ik weet niet of het voortkomt uit 'esprit de contradiction' of uit medelijden. Het ongeluk heeft iets aantrekkelijks, men heeft er sympathie voor.
- p. 40 - Bilders' diary, 8 March 1860, written in Amsterdam
- version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands: De meeste sympathie heb ik altijd voor dat schilderij van mij, wat de andere mensen het minst waardeert / bevalt. Dit geeft mij de indruk van een verstoteling en het neemt een romantisch-interessante hoedanigheid aan. Ik zet dit werk dan ook altijd voorop en wil iedereen bewijzen dat ie ongelijk heeft als hij deze niet boven al mijn andere werken waardeert. Dat is zeker nogal dwaas, en ik weet niet of het voortkomt uit 'esprit de contradiction' of uit medelijden. Het ongeluk heeft iets aantrekkelijks, men heeft er sympathie voor.
- For me Ruisdael is the true man of poetry, the real poet. There is a world of sad, serious and beautiful thoughts in his paintings. They possess a soul and a voice that sounds deep, sad and dignified. They tell melancholic stories, speak of gloomy things and are witnesses of a sad spirit. I see him wander, turned in on himself, his heart opened to the beauties of nature, in accordance with his mood, on the banks of that dark gray stream that rustles and splashes along the reeds. And those skies!.. .In the skies one is completely free, untied, all of himself.. ..what a genius he is! He is my ideal and almost something perfect. When it storms and rains, and heavy, black clouds fly back and forth, the trees whiz and now and then a strange light breaks through the air, and falls down here and there on the landscape, and there is a heavy voice, a grand mood in nature; that is what he paints; that is what he [Ruysdael] is imaging.
- (version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands:) Ruisdael is voor mij de ware man der poezië, de echte dichter. Daar is een wereld van droevige, ernstige schone gedachten in zijn schilderijen. Ze hebben een ziel en een stem, die diep, treurig, deftig klinkt. Zij doen weemoedige verhalen, spreken van sombere dingen, getuigen van een treurige geest. Ik zie hem dwalen, in zichzelf gekeerd, het hart geopend voor de schoonheden der natuur, in overeenstemming met zijn gemoed, aan de oevers van die donkere grauwe stroom die ritselt en plast langs het riet. En die luchten!.. .In de luchten is men geheel vrij, ongebonden, geheel zichzelf.. ..welke een genie is hij [Ruisdael]! Hij is mijn ideaal en bijna iets volmaakts.Als het stormt en regent, en zware, zwarte wolken heen en weer vliegen, de bomen suizen en nu en dan een wonderlijk licht door de lucht breekt en hier en daar op het landschap neervalt, en er een zware stem, een grootse stemming in de natuur is, dat schildert hij, dat geeft hij weer.
- pp. 51+52, - Bilders' diary, 24 March 1860, written in Amsterdam
undated quotes
[edit]- .I don't love less the gray waters of my Holland, their serious and somewhat sad color, which corresponds so well with the similar gray skies and vapors that are hanging there. (translation from the Dutch original: Fons Heijnsbroek)
- (version in original Dutch / citaat van Bilders' brief, in het Nederlands:) ..niet minder bemin ik toch de graauwe wateren van mijn Holland, hunne ernstige, eenigsinds droeve kleur, die zoo goed overeenkomt met de even grijze luchten en dampen, dier er overeen hangen.
- as cited in The land of Mauve: utopia or a reality? / Het land van Mauve: utopie of werkelijkheid?; master-scriptie by Christina van Staats-Vlasma; Rijksuniversiteit Groningen, La Broquerie, Manitoba Canada, Nov. 2010, p. 97
Quotes about Gerard Bilders
[edit]- The past few days I've been reading part of a rather melancholy book, 'Brieven en dagboek' ('Letters and Diary') of Gerard Bilders. He died at the age [27] when I was more or less beginning. When I read it, I don't regret making a late start. He was certainly unhappy and was often misunderstood, but at the same time I find a great weakness in him, something unhealthy in his character. It's like the story of a plant that shoots up too early and can't withstand the frost, and as a result one fine night it's struck to the root and withers away. At first he does well — he's a master as in the hothouse — making rapid growth there — but in Amsterdam he stands almost alone, and despite his brilliance he can't cope there, and in the end he comes back to his father's house, completely discouraged, dissatisfied, apathetic — and there he does some more painting and finally dies of consumption or another disease in his 28th year.
- version in original Dutch / citaat van Van Gogh in Nederlands: Dezer dagen las ik gedeeltelijk een tamelijk melankoliek boek, Brieven en dagboek v. Gerard Bilders. Die stierf op den leeftijd waarop ik zoowat begon, als ik dat lees ben ik niet rouwig laat begonnen te zijn. Zeker was hij ongelukkig en werd dikwijls miskend maar tevens vind ik een groote zwakheid in hem, iets ziekelijks in zijn karakter. – Het is zoo'n soort historie als van een plant die te vroeg opschiet en niet tegen den vorst kan en op een goeden nacht daardoor tot in den wortel geraakt wordt en dan verflenst. Eerst heeft hij het goed – is hij een meester als in de broeikas – vordert daar snel – maar te Amsterdam staat hij bijna alleen en ondanks zijn knapheid kan hij het er niet houden en hij komt eindelijk bij zijn vader t'huis terug, geheel ontmoedigd, ontevreden, lusteloos – en schildert daar nog wat en gaat eindelijk aan tering of een andere kwaal dood op zijn 28ste jaar.[1]
- What I dislike in him is that 'while painting' he complains about terrible boredom and idleness.. .In short, I find him a sympathetic figure, but I would rather read the life of père Millet or T. Rousseau or Daubigny [all artists of the School of Barbizon ].. ..G. Bilders was a romantic in his outlook on life, and he never got over his lost illusions. For my part I regard it as in a sense a privilege that I began when romantic illusions were a thing of the past. Now I have some way to catch up, work hard, but particularly when you have lost illusions behind you, work is something you need and one of the few pleasures left. And from this comes a great peace and calm.. ..too often with G. Bilders it's [in his diary and letters] 'I was in a bad mood this week and made a mess of things..'.
- version in original Dutch / citaat van Van Gogh in Nederlands: Wat mij niet bevalt in hem is dat terwijl hij schildert hij over vreeselijke verveling en luiheid klaagt als iets waaraan hij niets doen kan – en steeds blijft hij ronddraaijen in 't zelfde hem te benaauwde kringetje van zijn vrienden en in de amusementen en levensmanier die hem de keel uit hangen. Enfin – hij is een sympathiek figuur voor mij maar ik lees liever het leven van vader Millet of van Th. Rousseau of van Daubigny allemaal schilders van de Franse 'School van Barbizon']. Als men 't boek van [Alfred] Sensier over Millet leest krijgt men moed en van dat van Bilders wordt men beroerd.. .'tGeen ik zeggen wil is dit. In zijn levensopvatting is G. Bilders romantiek geweest en de 'illusions perdues' niet te boven gekomen en ik voor mij reken het in zekeren zin een voorregt dat ik eerst begonnen ben toen romantieke illusies achter den rug waren. Ik moet nu schade inhalen, hard werken – maar het werk is juist als men illusions perdues achter den rug heeft eene behoefte en een van de weinige genoegens die overblijven. En daar ontstaat een groote rust en kalmte door..